Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Lara Temme is tekstschrijver en woont samen met haar zoon (7) en dochter (9) in Brabant. Thuis wordt er veel gelachen, geknuffeld, gehuppeld en gezongen. Wel vals, maar daar heeft het gezin zelf weinig last van. Evenals de altijd rommelige zolder.
Het blijft een bijzonder fenomeen. Een van de eerste woorden die je als kind leerde uitspreken, en waarschijnlijk ook veelvuldig hebt gebruikt, lijkt hoe langer hoe moeilijker toe te passen in conversaties naarmate je ouder wordt. Taalkundig gezien is het helemaal geen lastige opgave. Drie letters, waarvan twee klinkers: zelfs anderstaligen zullen het zonder moeite kunnen reproduceren. Toch krijg ik het bijna mijn strot niet meer uit, tot frustratie van mezelf.
‘Nee’ zeggen. Ik vind het een crime. Tegen mensen, tegen plannen, en vooral tegen mensen met plannen. Zelf als je naar de supermarkt gaat, moet je op je hoede zijn. Want daar staan ze altijd: de schuldbezorgende-goede-doelen-mensen. Je probeert oogcontact te vermijden, te doen alsof je haast hebt, of een heel belangrijk berichtje op je telefoon moet afhandelen. Helaas: ze prikken er zo doorheen. En dan moet je kiezen tussen niet vriendelijk zijn en doorlopen, of sociaal wenselijk doen terwijl je dat niet wil. Van beide opties lig ik wakker. Ik fiets nog liever 20 minuten om naar een ander filiaal, dan dat ik de confrontatie aan ga.
Toen ik laatst “Nee, en ik ga echt doorlopen, fijne dag” zei tegen degene die me ondanks mijn waarschuwende lichaamstaal aansprak, zei mijn dochter: “Mam, wat onaardig!”. Ai. Dat is ze niet van me gewend, en ik weet niet of dat iets goeds is. Het laatste wat ik wil, is haar leren dat je altijd ja en amen moet zeggen. Ik hamer op het belang van vriendelijkheid en respect, maar vertel ook dat dat iets anders is dan over je heen laten lopen. Dat die lijn soms erg dun is, maakt het er niet gemakkelijker op.
Afgelopen januari verkondigde ik: “Ik ga het anders doen. Ik ga eerlijker zijn. Dit wordt míjn jaar. Het jaar waarin ik nee leer zeggen!” Het is nu november, en op een paar kleine successen na was het voornamelijk als vanouds: ik wrong mezelf in bochten, deed dingen die ik niet wilde, werd lid van nóg een goed doel en pleasde net zo lang tot ik mezelf even smerig voelde van binnen als na een avondje Mac. En telkens was er die teleurstelling in mezelf. In hemelsnaam, wat ben ik voor een nepvolwassene? Ik moet het toch verdorie gewoon kunnen zeggen als ik iets niet wil?
Oefenen, oefenen, oefenen, is schijnbaar het devies voor mensen zoals ik. En vorige week diende zich een prachtkans aan. Toen ik thuiskwam, zag ik een briefje in de bus: de glazenwasser was geweest. De glazenwasser waar ik eigenlijk vanaf wilde. Hij zou later op de dag zijn geld komen halen, dus ik had wat mentale voorbereidingstijd. Toen ‘s avonds de bel ging, nam ik me voor om een echte volwassene te zijn. “Succes mam!”, zei onze oudste. Vol bravoure deed ik open. Het was een kort gesprek. Met het gewenste resultaat: we hebben geen glazenwasser meer! Ik heb gezegd dat we gaan verhuizen.
Ik ben op het punt gekomen dat ik mezelf afvraag of ik ooit nog kan veranderen. Gelukkig is er een sprankje hoop in deze donkere dagen, in de vorm van een vertrouwd gezicht: de Hoofdpiet. Hij heeft niet alleen leuke krullen en bekoorlijke ogen, maar ook een fijne boodschap: je mag alles op je verlanglijstje zetten wat je wil dit jaar. Alles! Ik ben al driftig aan het schrijven. Een stopknop voor mijn gedachtes, een hele zak vol ‘nee’s’, een schep zodat ik door de grond kan zakken wanneer nodig en een onzichtbaarheidsmantel om rustig de supermarkt in te kunnen lopen. En natuurlijk een Te Koop-bord. Voor als de glazenwasser toevallig langs loopt.
Lara: ‘Het klinkt vast niet sexy of onafhankelijk, maar mijn leven draait om onze kinderen’
Ga voor me-time met Kek Mama Magazine!