Elsemieke: ‘Zelfs een kind van drie krijgt blijkbaar te maken met toxic masculinity’

elsemieke column Beeld: Michelle van den Broek Fotografie
Elsemieke Tijmstra
Elsemieke Tijmstra
Leestijd: 4 minuten

Elsemieke, moeder van twee zoontjes (3 en 1) en redacteur bij Kek Mama, heeft haar roeping in het moederschap gevonden en probeert er als eersteklas chaoot, met ook nog een enorm slaaptekort, wat van te maken.

Lees verder onder de advertentie

Wat is toxic masculinity?

“Als je de definitie van toxic masculinity opzoekt, vind je dit: ‘Toxische mannelijkheid verwijst naar een verzameling aanstootgevende, schadelijke overtuigingen, neigingen en gedragingen die geworteld zijn in traditionele mannelijke rollen, maar tot het uiterste worden doorgevoerd. Dit gevaarlijke idee van ‘mannelijkheid’ bestendigt dominantie, homofobie en agressie en kan schadelijk zijn voor de mentale gezondheid van alle geslachten.’

Lees verder onder de advertentie

Uit onderzoek komen drie vooraanstaande punten van toxic masculinity:

  • Toughness“: Mannen moeten fysiek sterk, emotioneel ongevoelig en gedragsmatig agressief zijn.
  • Antifeminiteit: Mannen moeten traditioneel vrouwelijk gedrag afwijzen, zoals emoties tonen en hulp accepteren.
  • Macht: Mannen moeten werken aan het verkrijgen van macht en status (sociaal en financieel) en zo het respect van anderen winnen.

Rolmodellen

Voor mij klinkt dit als iets dat eeuwen geleden misschien de norm was, maar intussen toch zeker niet meer. Maar dat blijkt tegen te vallen. Nu er ook op social media een opkomst lijkt te zijn van toxic masculinity rolmodellen (Andrew Tate, anyone?), lijken we juist weer achteruit te gaan in de ontwikkeling. Als moeder van twee jonge zoontjes vind ik dat best zorgelijk.

Lees verder onder de advertentie

Daar staat tegenover dat veel ouders juist in de richting van ‘gentle parenting‘ proberen op te voeden. Grote emoties mogen er zijn, ook bij jongens. Ze mogen huilen, verdrietig zijn. Krijgen knuffels en een kus als ze zich zeer hebben gedaan. Of als ze gewoon kwaad zijn om iets onbenulligs, zoals peuters nogal eens zijn (ik spreek uit ervaring). Ik geloof er niet in dat je hiermee doetjes creëert, zoals je vaak hoort als tegenargument. Integendeel zelfs.

“Iedereen is gelijk. Faith in humanity restored

‘Ik ben de beste!’

Toch merk ik, nu ik erop let, dat veel van deze toxische ideeën van mannelijkheid al vanaf heel jong aan jongetjes worden opgedrongen. Hoe vaak ik nog – ook ouders van mijn generatie – hoor zeggen tegen hun zoons dat ze niet mogen huilen, want hij is toch een grote jongen? Dat helpt dus niet. Ook zijn tv-programma’s, series en films gericht op jongens vaak – meestal? – gebaseerd op winnen. De snelste, sterkste, grootste, beste zijn. En ook onderling tussen jongetjes merk ik dat dit speelt. Ook als ze pas drie zijn.

Lees verder onder de advertentie

Ons oudste zoontje is drie jaar oud en speelt regelmatig met een jongetje van vier jaar, die twee oudere broers heeft. Dat jochie is non stop bezig met bovenstaand: dat hij de grootste is, de snelste, de sterkste, dat zijn fiets hoger is, dat hij het meeste speelgoed heeft, dat hij de grootste berg met zand in de zandbak kan maken, noem het maar op. Alles is een wedstrijd. Ons zoontje nam dit sneller over dan ik met mijn ogen kon knipperen. Ineens was dat alles waar hij het nog over had.

Ik baalde daar nogal van, want voorheen had hij dat hele concept van “winnen” nog nooit meegekregen. Afgezien van die tv-programma’s die hij heus wel eens kijkt, dan. Ik wist ook niet zo goed wat ik ermee moest. Hoe corrigeer je zoiets? Of moet je het überhaupt niet corrigeren? Het maakte dat ik me druk begon te maken over hoe dit zou gaan als hij eenmaal naar school zou gaan. Zou dit nu eenmaal zijn hoe jongens onderling met elkaar omgaan? Stond ons dit te wachten, was het onvermijdelijk?

Lees verder onder de advertentie

‘We hebben allemaal gewonnen!’

Het ging een aantal weken zo en de twee versterkten elkaar constant in dit gedrag als ze met elkaar speelden. Tot ik op een dag ineens uit de mond van het vriendje hoorde komen: ‘We zijn allemaal even snel, hè?’ En even later: ‘We hebben allemaal gewonnen!’ En ja hoor, mijn zoontje deed hem meteen weer na. Nu is iedereen dus gelijk. Behalve zijn broertje, die is nog steeds niet even snel. Maar dat is ook niet zo gek als je pas net kunt lopen.

Lees verder onder de advertentie

De ouders van het vriendje waren ook niet meer oké met dit gedrag en hebben ingegrepen. Iedereen is gelijk. Kijk, daar komen we een stuk verder mee. Faith in humanity restored.”

Meest bekeken