Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Mariëtte Middelbeek is chef redactie van Kek Mama en auteur. Samen met haar man Erik heeft ze twee kinderen: zoon Casper (5) en dochter Nora (3).
Zoals iedere ouder heb ook ik de knapste kinderen ter wereld. Wat kan ik naar ze staren, mijmerend over hoe lief ze wel niet zijn en waar ik deze rijkdom aan verdiend heb. (Dit vindt uiteraard plaats als ze slapen. Als ze wakker zijn, ben ik doorgaans drukker met voorkomen dat ze medio april kerstballen op de muur stiften.) Maar goed, ze zijn dus extreem leuk gelukt en een lust voor het oog, en ondanks dat rust op mijn schouders de taak om ze te leren dat ware schoonheid vanbinnen zit. Dus heb ik het niet te veel over uiterlijk en benadruk ik fijne eigenschappen als goed je best doen, je iets aantrekken van hoe een ander zich voelt en luisteren naar je moeder.
Casper weet dat hij een bos krullen heeft waarvan wildvreemden nog weleens in extase raken, maar verder interesseert het hem niet hoe hij eruitziet. Een spiegel gebruikt hij alleen om gekke bekken te trekken of de voortgang van wiebeltanden te bestuderen. Dan Nora. Of het nature is of nurture of YouTube, geen idee, maar ik voer discussies over make-up (“Sorry schat, maar de mascara die je net op, onder, boven en in je oog hebt gesmeerd gaat eraf voor je naar de crèche gaat”), haar haardracht (doorgaans qua complexiteit omgekeerd evenredig aan hoeveel tijd ik heb) en mijn favoriet: badkleding op een winterdag.
Lees ook
‘Waarom vind ik mezelf niet gewoon een goede moeder?’ >
“Mama, ben ik mooi?” vraagt Nora vaak – en hoewel ik roep dat ze prachtig is, schudt ze haar hoofd, gaat haar haar kammen, om daarna te verkondigen: “Nu ben ik pas mooi.” Hoewel ik vaak om Nora moet lachen, vind ik het ook lastig om hiermee om te gaan. Ik zie het al snel als iets van deze tijd, gedomineerd door uiterlijk en YouTube, waaraan ik een tegenwicht moet bieden. Ik wil niet dat mijn dochter denkt dat ze qua uiterlijk niet meetelt omdat ze niet lijkt op ‘perfecte’ internetsterren of gefotoshopte celebrity’s.
Maar aan de andere kant: was ik vroeger niet precies zo? Er waren nog geen make-up-tutorials, maar ik smeerde ook kilo’s blauwe kinderoogschaduw op mijn gezicht omdat ik de make-up van mijn moeder zo mooi vond (blauw ja, oké, het waren de eighties). Ik pareerde in franjejurken, op hakken, vond het resultaat in de spiegel waanzinnig en droogde toch best normaal op, zonder een minderwaardigheidscomplex of een bovenmatige hang naar extreme make-up.
Mocht ik daar op een dag toch nog los mee willen gaan, dan kan ik trouwens altijd mijn kind om hulp vragen. Ze kan het woord mascara niet uitspreken, maar weet dankzij praktische YouTube-video’s wel alles over de juiste techniek. Toch handig, zo’n visagist in de familie.
Deze column staat in Kek Mama 01-2020.
Meer Kek Mama? Neem een abonnement en profiteer van leuke aanbiedingen.