Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Remy Bonjasky is getrouwd met Renate Goet. Remy heeft zonen Cassius en Dean uit eerdere relaties, samen hebben ze dochter Skye. Elke maand deelt Remy zijn belevenissen.
Sport zou voor alle jeugd tot zestien jaar toegankelijk moeten zijn. In Nederland is dat grotendeels ook zo, maar tegelijkertijd is het niet helemaal de waarheid. Kom je uit een financieel stabiel gezin, dan weet je dat je aan elke sport kunt snuffelen – inclusief materiaal. Sommige kinderen krijgen voetbalschoenen, het mooiste tenue en de contributie vooruitbetaald. Vindt het kind na drie weken niet zo leuk meer, dan zit hij of zij zo op een andere sport. Staat je wiegje echter in een minder financieel krachtig huishouden, dan krijg je eerst flink op je kop als je geen zin meer hebt – en waarschijnlijk moet je het seizoen met tegenzin afmaken. Een klein beetje meer geld kan het verschil maken of iemand de kans krijgt zijn talent te ontwikkelen of niet.
Lees ook: Stress over sportprestaties? ‘Voetbal, ballet of hockey moet voornamelijk ‘leuk’ zijn’ >
Ik kom zelf uit een arm gezin. We woonden in een wijk met veel criminaliteit en sociale problemen. De verleiding om de verkeerde kant op te gaan lag op de loer. Mijn moeder hield mij kort – streng maar rechtvaardig – waardoor ik het beter volhield om op het rechte pad te blijven. Met veel moeite en weinig geld lukte het haar toch om mij op een voetbalclub te krijgen waar ik kon voetballen. Op dat moment had ik nog niet gehoord dat er ook zoiets bestaat als kickboksen.
“Met veel moeite en weinig geld lukte het mijn moeder om mij op een voetbalclub te krijgen”
Mijn kinderen krijgen van mij alle ruimte om te kijken welke sport ze leuk vinden, maar sporten gaan ze. Bij ons thuis betekent niet sporten: geen eten – en in de winter slaap je in de tuin. Grapje natuurlijk, maar mijn kinderen waarderen het enorm dat ik ze de mogelijkheid bied – en gelukkig vinden ze sporten heel erg leuk.
Behalve een goede conditie heeft het kunnen sporten dus veel meer voor me gedaan. Ik ben daarom sinds kort ambassadeur van het jeugdfonds sport en cultuur, dat ervoor zorgt dat meer kinderen de kans krijgen om te gaan sporten. Dit fonds betaalt het leeuwendeel van de contributie van een gezin dat er financieel minder goed voorstaat – het resterende deel betalen de ouders. Zo zorgen we er samen voor dat meer kinderen samen leren vallen en opstaan, hun zelfvertrouwen vergroten, samenwerken, leren winnen en verliezen. Deze column staat in Kek Mama 04-2022. Meer lezen? Neem hier een abonnement op Kek Mama, de #1 glossy voor moeders.