Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Bij regen of zonneschijn, een uitje naar het bos is altijd een succes. Alleen, wat haal je nu precies tevoorschijn, als je wilt spelen in de bladeren? Daarom: de leukste bosspelletjes op een rijtje – inclusief glas port, na afloop.
Nou ja, eigenlijk is het meer een soort jeu de boules, maar dat verkoopt wat minder lekker bij de kinderen. Teken een grote cirkel in de aarde, met daarbinnen vier kleinere en een roos – ieder voorzien van punten. Vanaf een door jou getrokken startlijn, mikt iedereen drie dennenappels (of eikels, kastanjes, steentjes) op de cirkels. Ten overvloede: degene met de meeste punt wint.
Tradities zijn er om in ere te houden en een béétje jeugdsentiment van mama mag best, vinden wij, dus: weet je het nog? Iedereen staat in een kring, en degene met de bal roept: “Stand in de mand en de bal is voor…” Híj gooit de bal in de lucht, degene van wie de naam is genoemd moet hem vangen, de rest rent zo ver mogelijk weg, en wanneer de bal is gevangen, roept de vanger: “Stop!” Iedereen staat stil, de vanger gooit de bal tussen de benen van één van de deelnemers door, en die is vervolgens aan de beurt.
Wat gewoon tikkertje is, maar net even anders, want iedereen die een boom vast heeft, is ‘veilig’. Wie naar de volgende boom rent en getikt wordt, is ‘m. En wie te lang aan een boom blijft plakken af, trouwens.
We geven toe: dit is er eentje voor de die hards. En wat oudere kinderen. Vergt ook wat voorbereiding, want je hebt Stratego-kaarten nodig en een vlag. Het principe is hetzelfde als het bordspel: het ene team moet de vlag van het andere team zien te veroveren. Oók heel leuk tijdens kinderfeestjes. De precieze spelregels lees je hier.
Nee, vooral geen speurtocht; dit lijkt meer op levend memory. De spelleider verzamelt tien voorwerpen in het bos. Iedereen mag er één minuut naar kijken, waarna de leider ze verstopt. Wie zich alle tien de voorwerpen weet te herinneren én verzamelt, wint.
Dé hit tijdens kampeervakanties, maar ook heel geschikt in het bos: één iemand verstopt zich, en de anderen moeten hem zoeken. Wie hem vindt, gaat erbij zitten, net zo lang tot iedereen zich op de verstopplek heeft verzameld. Degene die de verstopper als eerste vond, heeft gewonnen, en is ‘m in de volgende ronde.
Verscheur een papiertje, en schrijf op elke snipper een dier. De grijze trompetolifant. De roepie-roepievogel. Het mekkerende wolschaap en de witte joehoe-uil. Iedereen met een papiertje verstopt zich in het bos, en maakt elke dertig seconden ‘zijn’ geluid. Degenen zonder papiertje sporen ze op, en de eerste die alle dieren heeft gevonden, wint.
Hetzelfde idee, maar dan anders – én niet voor de allerkleinsten: splits op in tweetallen en duik zo diep mogelijk het bos in. Je mag elkaar alleen zoeken op een vooraf afgesproken lokroep. Ook ideaal als je zelf eens aan een boek wilt toekomen, trouwens: hier zijn ze uren mee zoet. Mits ze oud genoeg zijn, en het bos een beetje overzichtelijk, uiteraard.
Oké, oké, dit is een bosspelletje voor jou. Maar het is belangrijk dat iederéén in het gezin het naar zijn zin heeft, toch? Dus: ga lekker op een picknickkleed zitten met een glas (of twee). Entertainen de kinderen zichzelf maar even met voetbal of met een extra potje dennenappeldarten: voor mama begint het echte spelen nu pas. Meer tips en spelletjes? Volg ons op Facebook en Instagram.