Elsa: ‘Ik schrok me kapot toen ik via de babyfoon zag wat de oppas deed’
De oppas in de gaten houden via de babyfoon, je kunt het eigenlijk niet maken. Toch deed Elsa het, en daar is ze achteraf gezien heel dankbaar voor.
Hoe vertel je in godsnaam aan je kind dat je uit elkaar gaat? Lees alles over het slechtnieuwsgesprek uit Het grote co-ouder doeboek van Petra Vollinga.
‘Schatje, ga eens even zitten. Pappa en mamma moeten je iets vertellen.’ Ik zie zijn gezichtje meteen betrekken. Waarschijnlijk omdat we zelf zo ernstig kijken. Of weet een kind van zes stiekem precies wat er aan de hand is als zijn ouders besluiten dat het zo niet langer kan? We gaan met z’n drieën aan de grote houten keukentafel zitten. Mees, die dan pas drie is, blijft onverstoorbaar op de bank naar de teletubbies kijken. Hoe Dipsy Lala met een handtas te lijf gaat, is natuurlijk ook een stuk leuker dan wat wij te vertellen hebben. ‘Pappa en mamma gaan uit elkaar en pappa gaat ergens anders wonen.’
Ik heb weleens ergens gelezen dat je slecht nieuws meteen duidelijk moet brengen en dan pas verder moet praten. Dat doen we. Bo houdt zich groot. Maar ik zie hem langzaam instorten. ‘Ik wil niet dat pappa ergens anders gaat wonen,’ snikt hij hartverscheurend. Wij doen er ondertussen alles aan om hem te laten weten dat wij dan wel uit elkaar gaan, maar dat we zielsveel van hem houden en dat ze ons allebei altijd zullen blijven zien. Want dat dat zo is, staat voor ons allebei blijkbaar als een paal boven water. Daar hebben we niet eens een gesprek aan gewijd, dat was gewoon zo.
Niemand vraagt om een scheiding en die gastjes al helemaal niet, dus ze mogen er zo min mogelijk last van hebben. Zoiets ging vanaf de allereerste seconde in ons om. Co-ouderschap dus. Nog diezelfde middag neemt pappa-die-ergens-anders-gaat-wonen ze mee naar zijn tijdelijke nieuwe onderkomen. Een aftandse caravan zonder verwarming en elektriciteit. Het moet maar, het kan nu echt even niet anders. Ik dood de tijd bij een vriendin, maar voel me als een stuk aangeschoten wild dat pas weer rust heeft als de kudde compleet is. Als ik ze weer thuis heb ’s avonds, vertellen ze enthousiast over de leuke camping en de oergezellige caravan, de schatten. Na nog één openhartige huilbui van Bo op schoot bij de open haard, gaan we lekker samen in het Grote Bad. Een kersvers gezin van drie. En dat is ook meteen de laatste keer dat ik hem zo openlijk verdriet over ons heb zien hebben. Daarna kruipen we met z’n drieën in het Grote Bed. Als een kluwen zacht vel en schone haartjes vallen we doodmoe in slaap. Tot een uur of vier, dan schrik ik wakker. Eén seconde weet ik het even niet en dan komt het besef weer keihard binnen: we zijn gescheiden. En ik klem me vast aan vier kleine voetjes die om onverklaarbare redenen allemaal in mijn handen zitten.
Eigenlijk is het gewoon een slechtnieuwsgesprek. Dat je van je baas te horen krijgt dat je bent ontslagen. Dat je van de dokter te horen krijgt dat je doodgaat. Dat je van je ouders te horen krijgt dat ze uit elkaar gaan. Dat alles waarvan je dacht dat het fijn en veilig was in één keer volledig in elkaar dondert. De literatuur voor managers laat er geen twijfel over bestaan:
Lara de Bruin (kindertherapeut en oprichter van coaching- en therapiepraktijk De Geheime tuin) ziet in haar praktijk dagelijks kinderen en ouders die proberen om te gaan met de scheiding. ‘Ja,’ beaamt ze meteen, ‘het is een klassiek slechtnieuwsgesprek en het allerbelangrijkste daarbij is: niet om de hete brij heen draaien.’ Ook stelt ze dat je geen geheimen moet hebben, want die leggen volgens haar een bom onder een gezin. Maar hoe eerlijk moet je zijn? Als pappa of mamma er een hele rits minnaars op nagehouden heeft bijvoorbeeld. Of als één van de twee een wel heel vreemde hobby bleek te hebben of stiekem al het huishoudgeld vergokte. Of… Enfin, er zijn zo wat situaties te bedenken waarvan je je af kunt vragen hoe handig en ‘eerlijk’ het is om je kind daarmee lastig te vallen.
‘Zeggen dat pappa of mamma een nieuwe vriend/vriendin heeft, is misschien verschrikkelijk om te doen, maar wel heel duidelijk voor een kind,’ stelt De Bruin. ‘Het is een reden die kinderen snappen. Iets als “We zijn uit elkaar gegroeid” is veel te vaag, daar kunnen ze niet zoveel mee. Maar natuurlijk hoef je niet alle details te vertellen. Geef ze iets concreets waar ze wat mee kunnen, dan kun je altijd later nog dingen invullen als ze groter zijn.’ Zaak is dus iets duidelijks te vertellen, waarbij je zo eerlijk mogelijk bent zonder dat je elkaar zwartmaakt door al te veel in detail te treden. Succes. De Bruin heeft wel wat opties paraat: ‘We hebben heel veel ruzie’, ‘Ik ben heel dom geweest, want ik heb tegen mamma/pappa gelogen’, ‘Pappa/ mamma is verliefd op iemand anders en wil daarmee verder’. Dan kun je je kind daarna troosten, want het is een duidelijk verhaal. Je moet als ouders accepteren dat je het niet mooier kunt maken dan het is. En dat hoeft ook niet.
‘Schatje ga even zitten. Ja hoor, je Nintendo mag best aan blijven. Mamma wil je iets vertellen. Ja hallo, jíj hebt er toch een zooitje van gemaakt? Mag je het ook zelf zeggen.’ Zij: ‘Nou, eh..’ Hij: ‘Goed begin.’ Zij: ‘…’ Hij: ‘Laat mij maar. Floris. Mamma heeft een nieuwe vriend. Eentje die toch zeker een jaar of vijf ouder is dan jij. En daar gaat ze nu bij wonen.’ Zij: ‘Nou, wonen…’ Hij: ‘Ja, wonen ja. Je denkt toch niet dat we je hier nog willen hebben? Of woont-ie nog bij zijn ouders?’ Zij: ‘Nee, natuurlijk niet.’ Hij: ‘Nou, dan is dat dus geregeld. Je deed toch al nooit wat in huis, dus ik denk niet dat we je heel erg zullen missen. Toch Floris?’ Zij: ‘Laat die jongen erbuiten.’ Hij: ‘Nee, ik laat die jongen er helemaal niet buiten. Hij heeft recht op de waarheid. Dus. Mamma gaat naar haar toyboy en wij blijven hier met z’n tweetjes.’ Zij: ‘Floris. Wat je vader bedoelt is dat we uit elkaar gegroeid zijn de laatste jaren. We houden niet meer van elkaar, maar natuurlijk wel heel veel van jou…’ Hij: ‘Al was je dat éven vergeten toen je je nieuwe vlam zijn krantenwijk zag lopen.’ Zij: ‘…dus zullen we er alles aan doen om tot een goeie oplossing te komen.’ Hij: ‘Jij gaat lekker met jouw Benjamin naar de ballenbak en wij redden ons hier prima. Opgelost. Niks meer aan doen.’
Lees ook: Nee, ik hoef je man niet: de side-effects van scheiden
Maar net zo belangrijk als de formulering van de boodschap, is wat je er daarna mee doet. Vooral niet sussen, geeft De Bruin als belangrijkste advies. Je wilt natuurlijk niks liever dan je kind meteen duidelijk maken dat het zich geen zorgen hoeft te maken, maar je moet uitkijken dat je daarmee niet over de problemen heen walst. Dus laat merken dat je hoort wat je kind zegt. Als je zoon zich zorgen maakt over zijn voetbalspullen, zeg dan niet: ‘Ach joh, dat komt allemaal wel goed.’ Maar iets als: ‘Ik snap heel goed dat je je daar zorgen om maakt en we gaan overal heel goeie afspraken over maken.’ Als je dochter niet weet hoe dat dan allemaal moet met haar lievelingskleren, same thing. Sommige kinderen slaan helemaal dicht, andere uiten zich meteen. Kijk wat er gebeurt en sla het op. Meestal kun je niet alles in één keer bespreken. Maak dus duidelijk dat je kind er altijd over mag beginnen. Of spreek meteen de volgende ‘sessie’ af, zodat iedereen weet: dan kan ik weer wat vragen. ‘Ga ’s avonds even naast je kind in bed liggen,’ stelt De Bruin voor. ‘En maak duidelijk dat het altijd bij je terecht kan met vragen. Vaak is het al heel fijn voor een kind dat het weet dat die mogelijkheid bestaat. Dat het besproken mag worden.’
Wil je nog meer mooie en herkenbare verhalen van mede-mama’s lezen? Neem nu een abonnement en ontvang Kek Mama elke maand als eerst op jouw deurmat.