Jongens zijn minder bereid om te delen dan meisjes, blijkt uit onderzoek
Ah, delen… Een thema waar je als ouder al snel tegenaan loopt zodra je kleintje een peuter wordt. Van het “mijn, mijn, míjn” in de zandbak tot ruzies om het laatste koekje.
Hartstikke gul
Stel je voor: het is zomervakantie (we wish) en je zoon heeft zijn ijsje net gekregen, maar tot zijn grote frustratie krijgt zijn vriend één bolletje meer. Wat doet je kleine? Hij weigert botweg om zijn ijs te delen, zelfs weer een ander vriendje helemaal geen ijs heeft gekregen. Maar jullie buurmeisje geeft zonder morren de helft van haar ijs aan dit vriendje. Zo lief! De volgende dag heeft je zoon een koekje bij zich. En wat doet hij? Die deelt hij ineens wél – met jullie buurmeisje.
Wat gebeurt hier nou? Een recent onderzoek onder 332 kinderen, van 3 tot 8 jaar, laat zien dat jongens en meisjes tóch net even anders omgaan met eerlijk delen. Meisjes blijken vaker bereid te zijn om empathisch te delen. Jongens lijken iets minder happig om te delen met andere jongens, vooral als ze jaloers zijn dat die meer hebben gekregen. Ze zijn lekker competitief, vooral als het gaat om wie het meeste krijgt. Maar zodra er een meisje in het spel komt? Dan zijn die jongens ineens hartstikke gul!
Waarom is dit zo?
Volgens de onderzoekers spelen er verschillende factoren mee. Jongens worden vaak aangemoedigd om competitief te zijn en hun plek te veroveren, terwijl meisjes van jongs af aan leren om sociaal te zijn en te delen.
De volgende keer dat je zoon de grootste berg koekjes voor zichzelf opeist, denk dan niet meteen dat hij niet wil delen. Misschien wil hij gewoon even bewijzen dat hij ook z’n mannetje staat. En wie weet, een minuut later, deelt hij toch die chocolade – als er een meisje in de buurt is natuurlijk!
Bron: Scientias
In ons Kek Mama magazine lees je de mooiste verhalen, herkenbare columns en de leukste fashion en lifestyle tips. Abonneer je nu voor slechts € 29,95 per jaar en ontvang de glossy als eerste op je deurmat.
