Onze zoon van vijf maanden is een huilbaby. De ene deskundige raadt aan het te negeren en wachten tot hij van uitputting inslaapt. De ander zegt dat we hem permanent moeten wiegen. En iedereen beweert dat hun advies op wetenschappelijk onderzoek is gebaseerd.
Lees verder onder de advertentie
ELS & DO: Dat laatste is onmogelijk. Dat zegt René van der Veer, hoogleraar historische pedagogiek. Hij bestudeert opvoeding in historisch bestek. Met andere woorden: los van de waan van de dag. Volgens hem staan opvoedadviezen per definitie bol van de ongefundeerde meningen. Er valt weinig wetenschappelijk te bewijzen in de pedagogiek, zegt hij. Omdat je er geen ‘dubbelblind en gerandomiseerd labonderzoek’ op kunt loslaten, zoals bij geneeskunde. Het voert ons te ver om uit te leggen wat dat is, alleen al omdat we het zelf ook niet snappen.
Volgens Van der Veer is opvoedstress een modern verschijnsel. Voor 1900 bestond het niet in de westerse wereld. Omdat je al blij mocht zijn als je kind bleef leven. Er waren gezinnen waar maar twee van de elf kinderen de volwassenheid bereikten. Babygehuil werd toegejuicht: als een baby huilde leefde hij nog. Do’s Maastrichtse betbetovergrootvader raakte in 1890 de tel kwijt door alle geboortes en overlijdensgevallen in zijn gezin. Gevraagd hoeveel kinderen hij had zei hij: “Tien.” “Nee vader, elf,” zei zijn jongste zoontje.
Lees verder onder de advertentie
Pedagogen zeggen elk decennium iets anders over huilbaby’s, al naar gelang de tijdgeest. Het RIVM, dat is het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, beval een paar jaar geleden nog aan een huilbaby na een halfuur huilen te troosten. Daarop volgde zo veel protest van andere deskundigen dat het advies werd teruggetrokken.
‘U weet meer dan u denkt’
Volgens Van der Veer weet niemand waarom huilbaby’s huilen. Het enige wat je vast kunt stellen is dat ze zich vaak net zo goed ontwikkelen als andere baby’s. Eigenlijk is het dus vooral de vraag hoe de ouders het gehuil van hun baby overleven. En de enige die dat kan bepalen, bent u zelf. Troosten of negeren? Luister naar uw innerlijk kompas. “U weet meer dan u denkt”, zei de beroemde Dr. Spock. Als uw kompas op hol is geslagen door alle verschillende adviezen, komt u maar terug bij de tantes.
Lees verder onder de advertentie
De opvoedtantes Els en Do beantwoorden opvoedvragen met een knipoog en stellen zichzelf voor: “Wij zijn geboren voordat de pil was uitgevonden, kwamen ter wereld zonder dat onze ouders daarom hadden gevraagd en werden te hooi en te gras opgevoed. Zelf kregen wij heel bewust kinderen en daarom voelen we tot op de dag van vandaag (ze zijn inmiddels 34, 22 en 20) de plicht hen permanent gelukkig te maken. We kennen dus twee opvoedingsstijlen van nabij, en blijven onverminderd op zoek naar de gulden middenweg.”
Yolanthe Cabau is niet alleen een succesvolle actrice, presentatrice én Kek Mama columnist, maar vooral een liefdevolle moeder. Haar zoontje Xess Xava, die ze samen met ex-man Wesley Sneijder heeft, is haar grote trots. Maar zoals dat tegenwoordig helaas vaker gaat op sociale media, krijgt ook hij te maken met ongevraagde meningen en ongepaste opmerkingen.
Soms doe je als ouders iets waar je later spijt van hebt. Of waar je je enigszins voor schaamt. Zo ook Dilara, die door een actie niet bepaald meer goed bekend staat op de school van haar dochters.
Je kent het wel: je doet even snel een boodschap en tegen de tijd dat je thuiskomt, is er een klein drama ontstaan. Maar dit keer geen omgekieperd pak melk of een kleuter die zijn knuffel kwijt is. Nee, er is ingebroken! Of toch niet?
Als de school belt flitsen er tachtig scenario’s door je hoofd, geen van alle goede. Gelukkig is er niet altijd sprake van rampspoed. Zoals bij Mieke (39), moeder van Merel (15) en Xavi (3).
Marloes (33) is redacteur bij Kek Mama en woont met vriend, peuter (3) en baby (10 maanden) in Arnhem. Ze schrijft in haar columns over hoe ze het hoofd boven water houdt in haar chaotische gezinsleven en de overgang van één naar twee kinderen. Deze week over: de eerste wendag op de basisschool.
Suus (34) hoort ze wel fluisteren op het schoolplein. Of als ze binnenkomt op een kinderfeest. Want hoe goed ze het ook voorheeft met haar collega-ouders, die lijken haar adviezen niet op prijs te stellen.