Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Anne (40) en Alex (43) willen graag een derde kind, maar dat blijken er vier te zijn. Nu zijn ze ouders van Ymre (11), Meike (9), Aukje, Eefke, Hiske en Jinthe (allemaal 4).
Anne: “Ik was zeven weken zwanger en voelde me moe en misselijk. Een collega die veel verder was in haar zwangerschap liep vrolijk rond terwijl ik amper de trap op kwam in het huis waar ik gehandicapten verzorg.
Ik voelde me een beetje een aansteller. Dit was veel heftiger dan mijn eerste twee zwangerschappen. Ik had het gevoel dat er wat aan de hand was, al wist ik niet in welke richting ik het moest zoeken. Ik sliep slecht en kon amper eten. Alex was nuchterder dan ik. Zolang ik me zo zwanger voelde, zou het wel goed zitten, dacht hij. Allesbehalve onbezorgd stapte ik bij hem in de auto, op weg naar het ziekenhuis voor de eerste echo.
Zodra de gynaecoloog het echoapparaat op mijn buik zette, hoorden we van alles. Ik dacht dat ik mijn eigen hartslag hoorde, maar Alex had meteen door dat dit geluid van meerdere hartjes moest komen. De gynaecoloog zagen we verschrikt rondzoeken in mijn buik. ‘Hoe kan dit’, hoorde ik hem zacht zeggen. Hij keek verbaasd en geschrokken tegelijk. ‘Ik zie er drie, denk ik. Of…’
Terwijl hij verderging met de echo hoorde ik mezelf grappen: ‘Je gaat me toch niet vertellen dat het er vier zijn, hè.’ Ik zag de gynaecoloog ja knikken. Alex en ik wisten ons geen houding te geven. We gingen er een beetje schaapachtig van lachen. De gynaecoloog was bloedserieus en vroeg zich hardop af wat hier gebeurd kon zijn. Ik had hormonen geslikt om mijn eicellen te laten rijpen. Bij controles was er telkens maar één rijpe eicel te zien.
De arts verwees ons direct door naar een collega die gespecialiseerd was in bijzondere zwangerschappen, een assistent propte ons een halfuur later tussen de afspraken op zijn spreekuur. In de wachtkamer kon ik alleen maar praktisch denken: we moeten ons huis verkopen. We moeten op zoek naar een groot en goedkoop huis waar we met zes kinderen kunnen wonen. We moeten een andere auto. Kan ik wel blijven werken? Langzaam veranderde mijn zenuwachtige gegiebel in pure paniek.
Ga voor me-time met Kek Mama Magazine!
Een beetje stilletjes schuifelden we bij de specialist naar binnen. ‘Dit gaan we niet doen’, was het eerste wat hij zei. Ik was stomverbaasd. Hij vertelde over de risico’s die gepaard gaan met de zwangerschap van een vierling, zowel voor de moeder als voor de kinderen.
Voor hem stond vast dat we embryo’s zouden reduceren. De vraag was: hoeveel en wanneer? Alex en ik waren verward en zeiden meteen dat we niet zomaar kinderen zouden laten weghalen. Dat we meer informatie nodig hadden. Weer werden we doorverwezen, nu naar een ander ziekenhuis.
Gearmd liepen we het ziekenhuis uit. Ik was inmiddels compleet van de kaart. Huilend reden we naar huis, waar onze oudste dochters ons op stonden te wachten. Wat moesten we hun vertellen? We wisten meteen dat we eerlijk wilden zijn. Dit had zo’n impact op ons, daar konden we niet luchtig over doen. We vertelden dat er vier baby’s in mijn buik zaten, maar dat we nog niet wisten of ze ook alle vier zouden blijven leven. De meiden knikten en speelden verder.
De weken daarna stonden in het teken van de reductie. Die stond al gepland, al hield het ziekenhuis er rekening mee dat we de afspraak zouden afblazen. Ik was alleen maar aan het huilen en slapen en liep standaard met een zipp-zakje rond. Had ik de oudste twee naar hun klas gebracht, stond ik in een hoekje van het schoolplein over te geven. Op mijn werk doezelde ik achter de computer weg, zo moe was ik.
Bij acht weken heb ik maar verteld wat er aan de hand was. Niemand geloofde me, niemand feliciteerde me. Mijn manager had meteen door dat het zo niet langer kon en meldde me ziek. Zat ik dus thuis – dat had ik ook niet bedacht. Als ik Ymre en Meike naar school had gebracht, dook ik thuis meteen mijn bed weer in en moest de wekker zetten om ze op tijd op te kunnen halen.
De risico’s van mijn zwangerschap waren niet mals. De kans dat de baby’s te vroeg geboren zouden worden, was groot. Aan de risico’s voor mijzelf – hoge bloeddruk, grote kans op het HELLP-syndroom (een ernstige vorm van zwangerschapsvergiftiging) – dacht ik niet, ik was alleen bezig met de kinderen in mijn buik.
Alex maakte zich juist wel zorgen om mij. We waren verdrietig, maar ook realistisch. Uit de nekplooimeting was gebleken dat alle vier de baby’s gezond waren. En daar zouden we er dan een of twee van doodmaken, terwijl ze in mijn buik zaten? Een hartverscheurend idee. We konden daar gewoon niet mee leven. Bovendien was er na de reductie nog steeds kans op vroeggeboorte van de andere kinderen. We hadden het er niet alleen samen over, maar ook met vrienden en familie. De meesten zagen het wel voor zich bij ons, een gezin met zes kinderen.
Wij maakten ons ook zorgen om onze oudste twee kinderen. Doen we hen niet tekort als er vier kinderen bijkomen? Een gesprek met de maatschappelijk werkster van het ziekenhuis gaf de doorslag. Zij reageerde nuchter: je roeit met de riemen die je hebt. Die zussen ontplooien zich echt wel, benadrukte zij. We gingen ze houden, allemaal. Toen die keuze was gemaakt, voelde ik me zo opgelucht.
Toch schrok ik in de weken daarna weleens wakker. Hoe gaan we dit doen? Kan onze relatie dit wel aan? Lachend zeiden we tegen elkaar dat we wel moeten zorgen dat we bij elkaar blijven. Daar kunnen we heel grappig over doen, maar er zit natuurlijk wel een kern van waarheid in. Co-ouderschap met zes kinderen is echt geen optie. Gelukkig gaat het goed.
De vierling is te vroeg geboren, met 27 weken al. Na drie spannende maanden in het ziekenhuis mochten ze mee naar huis. Op het dieptepunt lagen er twee in Utrecht, twee in Deventer en de twee oudste waren thuis in Bathmen. Ik word nog verdrietig als ik aan die week denk, ik voelde me verscheurd. Het eerste jaar was een kwestie van overleven. Daarna begon het echte opvoeden, en dat vind ik misschien wel zwaarder. Zet ik er een in de hoek, staan de andere drie te schreeuwen.
Maar ik vind dat we het aardig op de rit hebben, met onze zes meiden. Alex en ik werken allebei en sinds de vierling op school zit, ben ik zelfs weer begonnen met sporten. Achteraf had ik wel wat pittiger willen reageren op de dag dat we hoorden dat het een vierling was en de arts stellig zei dat ‘we dat niet gingen doen’. Nou, dus wel.”