Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Elke zondag vertelt een moeder over het verhaal achter het bedrag op haar bankrekening. Deze week: Heb je een succesvol bedrijf, gooit corona ineens alles overhoop. Naast de mantelzorg voor haar autistische man en zoon werd het Nadine allemaal te veel. Het gevolg: een burn-out.
Nadine (38), getrouwd met Frans, moeder van Jafeth (8), Jefrim (7), Julia (4) en Jip (15 maanden).
“Het ging allemaal zo lekker. Ik begon zo’n zes jaar geleden met mijn eigen bedrijf in ergonomische draagzakken. Een gat in de markt, zo bleek, want binnen een paar maanden tijd had ik mijn eerste gehoopte jaaromzet al binnen en de jaren daarna bleef de omzetlijn stijgen. Tot het coronavirus uitbrak. Ik mag blij zijn als ik nu nog een paar bestellingen per maand krijg. Tegelijkertijd heb ik thuis ook nog een autistische man en zoon zitten. Dat is me allemaal zo hoog komen te zitten dat ik in een burn-out ben beland.
Onze oudste zoon was drie toen hij de diagnose autisme kreeg. Niet snel daarna volgde dezelfde diagnose bij mijn man – die veel van zichzelf in onze zoon herkende. Dat er met Jafeth iets was, voelde ik als moeder natuurlijk al een tijd. Hij was een huilbaby en ontwikkelde zich tot een peuter die overal bang voor leek te zijn. Een ongelooflijk knap kind, dat zich zo moeilijk kon uiten dat hij zijn teentjes en handen compleet kapotbeet. Op het moment dat de diagnose autisme werd gesteld, dacht ik: hè hè, nu weten we het tenminste.
Bij mijn man merk je het feit dat hij autistisch is vooral doordat hij veel structuur nodig heeft omdat hij anders het overzicht snel verliest. Na zijn diagnose spraken we af dat hij minder zou gaan werken. Hij zou zich meer gaan toeleggen op zijn passie: saxofoon spelen. Daar zou hij zich misschien beter bij voelen.
Hij begon ooit als incassowerker, maar kwam uiteindelijk – na een paar ontslagen op economische grond – bij een groot woonwarenhuis terecht. Daar verdiende hij echt nog maar een ‘bijbaantjessalaris’ van zo’n 1300 euro per maand. Het totaalbedrag dat we nodig hebben om onze vaste lasten te betalen is 3350 euro. Hoewel ons maandinkomen dus opeens enorm slonk, kon ik dat nog wel compenseren met mijn bedrijf. Maar toen bleek ik ook nog eens – ongepland maar zeker niet ongewenst – zwanger van onze jongste, Jip.
Een paar maanden lang kon ik alle ballen nog wel in de lucht houden omdat mijn bedrijf zo lekker liep. Maar toen kwam corona. Ik had net op een grote beurs gestaan toen Mark Rutte zijn eerste persconferentie hield. Gevolg: niemand bestelde meer draagzakken bij me. De naaisters die voor me werkten moest ik laten gaan omdat ik ze niet meer kon betalen en de paar orders die nog binnenkwamen moest ik weer zelf in elkaar naaien.
Ondertussen ging mijn zoon naar het speciaal onderwijs, maar had hij het ook daar niet makkelijk. Op het eerste gezicht zie je namelijk niks aan hem, maar als de juf bijvoorbeeld haar stem tegen de klas verheft, begint hij onbedaarlijk te huilen. De afgelopen tijd wilde ik niets liever dan met mijn man samenwerken als team, als echtpaar. Maar dat is nou juist wat hij niet kan; hij moet duidelijke sturing hebben en is geen makkelijke prater.
Ik neem de leiding thuis, pleeg de telefoontjes die nodig zijn. En ik voel me ook nog eens verantwoordelijk voor onze financiële huishouding, omdat ik het hoofdinkomen verdien. Op zich geen punt natuurlijk, maar daardoor vergat ik de laatste tijd wel voor mezelf te zorgen. Inmiddels is het me allemaal zó veel geworden dat er dagen zijn waarop ik bij het wakker worden denk: laat mij maar in mijn bed liggen vandaag. Ik heb er gewoon de kracht niet voor om op te staan. Een burn-out, zegt de huisarts.
Lees ook
‘Werkende moeders hebben het door corona zwaarder dan werkende vaders’ >
En toch moet ik de schouders eronder blijven zetten, voor mijn man en onze vier kinderen. Als je een dochtertje van net één hebt, kun je niet een dagje verzuimen. Dus probeer ik mezelf elke dag op te peppen en bel ik me een slag in de rondte naar instanties die ons nog kunnen helpen. We hadden een paar maanden een gat van 1050 euro te overbruggen, dat ik met wat spaargeld nog net kon dichten. Maar doordat we sinds een paar weken ons inkomen voor de belastingdienst hebben bijgesteld, krijgen we zelfs iets terug.
Ook de gemeente waarin we wonen probeert ons tegemoet te komen. Ik moest een paar weken terug tegen onze kinderen zeggen dat de zwemles er voorlopig niet inzit. De middelste was boos en riep tegen me: ‘Je bent oneerlijk!’ Natuurlijk brak mijn hart, maar ik kon er niets aan doen. Inmiddels heeft de gemeente verteld dat er misschien wel een potje is waaruit we subsidie voor de zwemles kunnen ontvangen, dus wie weet komt het er binnenkort toch nog van.
Geld uit onverwachte hoek komt er ook. Van een tante krijg ik regelmatig een goedgevulde envelop met contanten. Ik neem het aan. Niet voor mezelf, maar voor de kinderen. Daardoor kon ik nieuwe jassen voor ze kopen en met ze naar het museum. In de vakantie heb ik onze laatste vijftig euro opgemaakt aan een bioscoopuitje en daarna konden we nog een ijsje eten ook. De kinderen waren door het dolle heen, waardoor ik er ook weer een paar dagen tegenaan kon. Nee, daar voel ik me niet schuldig over, ik gun de kinderen dat ten volle.
Maar als je me vraagt waar ik behoefte aan heb? Rust. Soms droom ik ervan dat ik een dag in mijn eentje in de natuur mag doorbrengen. De hele dag mijn verstand op nul zetten lijkt me heerlijk. Maar ik ben een doorzetter, ik geef het niet op en heb er vertrouwen in dat ik binnenkort weer meer orders krijg voor mijn zaak. Mijn vriendinnen steunen me en zeggen: ‘Het zijn tropenjaren.’ En daar hou ik dan maar aan vast: het wordt vast beter.”
Dit artikel staat in Kek Mama 16-2020.
Meer afleveringen van Bankrekening? Elke zondag komt er een nieuw verhaal op KekMama.nl. Lees hier de eerdere afleveringen.