Elsa: ‘Ik schrok me kapot toen ik via de babyfoon zag wat de oppas deed’
De oppas in de gaten houden via de babyfoon, je kunt het eigenlijk niet maken. Toch deed Elsa het, en daar is ze achteraf gezien heel dankbaar voor.
Maartje (41, moeder van twee zoons van 8 en 10) is strafrechtadvocaat.
“‘Alles wat je zegt blijft onder ons.’ Dat is het eerste wat ik zeg als ik een nieuwe cliënt spreek. Iemand die mij inhuurt kan aan mij een moord bekennen, maar in de rechtbank toch anders pleiten. Dit overkomt strafrechtadvocaten allemaal wel eens, zo ook in mijn praktijk. En ik moet daar dan over zwijgen, ook al weet ik dat de cliënt schuldig is. Part of the job.
Buitenstaanders vinden dat vaak moeilijk te begrijpen – sowieso moet ik op feesten en partijen regelmatig tekst en uitleg geven over waarom ik ‘criminelen’ verdedig. Maar het beroepsgeheim is een van de belangrijkste kernwaarden van de advocatuur.
“Op feestjes moet ik regelmatig uitleggen waarom ik ‘criminelen’ verdedig”
Het is bijna het eerste wat je leert tijdens de studie rechten: de geheimhouding is heilig en geldt tot in de eeuwigheid, dus ook als je stopt met het werk. Sommige geheimen draag je dus letterlijk je leven lang met je mee.
Eigenlijk moet je het zien als een soort biecht: je bent als advocaat een vertrouwenspersoon voor je cliënten, en alles wat zij vertellen of bekennen blijft onder vier ogen. Ik kan er niet mee naar de politie stappen. Doe ik dat wel, dan word ik als advocaat ‘van het tableau geschrapt’ – oftewel uit het ambt gezet – en mag ik het vak niet meer uitoefenen.
Da’s dus een flinke sanctie, en dat zegt genoeg over hoe zwaar er aan deze regel binnen de advocatuur wordt getild. Onlangs is er in Nederland een voormalig advocaat om deze reden geschrapt. Hij had een cliënt, een veroordeelde kindermoordenaar, die aan hem had bekend dat hij nóg een kind had vermoord, een meisje dat nog altijd vermist is. Haar moeder zat nu, ruim dertig jaar na de verdwijning, nog in onzekerheid over het lot van haar dochter.
“Hoewel de advocaat zelf al was gestopt en zijn cliënt was overleden, werd hij alsnog symbolisch geschrapt”
De advocaat kwam in gewetensnood. Hij schond zijn beroepsgeheim en vertelde de moeder wat zijn cliënt aan hem had verteld, in de hoop haar wat gemoedsrust te geven. Hoewel zijn cliënt al jaren was overleden en de advocaat zelf al was gestopt met zijn werk, werd hij alsnog symbolisch geschrapt. Dit als signaal naar andere advocaten dat het beroepsgeheim altijd blijft gelden.
Lees ook – Beroepsgeheim: ‘Een paar keer heb ik echt op mijn tong moeten bijten’ >
Gelukkig maak ik het niet zo heftig mee als bij dit voorbeeld, maar zelf loop ik ook rond met genoeg vertrouwelijke informatie. Die verhalen hou ik voor mezelf en daar heb ik geen moeite mee. Ik worstel niet met een slecht geweten en lig er niet van wakker. Natuurlijk maak ik weleens mee dat een cliënt zich op zijn zwijgrecht beroept terwijl ik weet dat hij schuldig is, maar dat zie ik als zijn ‘goed’ recht. Heel soms bespreek ik vertrouwelijke informatie met een collega, maar nooit ’s avonds aan de keukentafel.
Het beroepsgeheim is soms al lastig om aan volwassenen uit te leggen, laat staan aan kinderen. Sommige advocateneigenschappen neem ik mee in de opvoeding. Mijn zoons zeg ik altijd dat klikken niet oké is. Geheimen van vriendjes mogen ze niet doorvertellen. Maar ik benadruk ook dat als iets hen een rotgevoel geeft, ze altijd hun hart kunnen luchten bij mij. Mama heeft toch beroepsgeheim zoals ze heel goed weten, dus dat komt mooi van pas.
“Mijn zoons vragen: weet jij dingen over boeven?”
Als mijn kinderen een strafzaak op tv zien, vragen ze of ik ook ‘dingen weet’ over de ‘boef’. Ze zijn nog te jong om de discretie en geheimhouding op waarde te schatten. Beiden willen ze graag profvoetballer worden, hoewel ik mijn oudste zoon later best in een toga zie pleiten. Hij is kritisch, standvastig en ad rem, alle kwaliteiten voor een strafpleiter in de dop.”
Ontvang elke maand Kek Mama met korting en gratis verzonden op jouw deurmat! Abonneer je nu en betaal slechts €4,19 per editie.