Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Femke (34) spijbelt een dag per week. Dan brengt ze dochter Anna (3) naar de kinderopvang en pakt ze lekker een vrije dag. “Mijn man moest eens weten.”
“Als ik naar Anna kijk, vreet ik haar bijna op. Haar blinde vertrouwen in mij, haar gekwebbel als we samen in huis rommelen – ze is het beste en mooiste wat me ooit is overkomen. Maar ze is óók pas drie, en het grootste deel van het jaar op mijn vrije dagen thuis. Ware het niet dat ik haar vier dagen naar de crèche breng terwijl ik maar drie dagen werk – zonder dat mijn man dat weet. En daarvoor schaam ik me te pletter. Aan de andere kant: ik vind het slopend – een peuter en het totale gebrek aan tijd voor mezelf.
Ik was best een carrièretijger toen ik nog geen moeder was. Job en ik woonden in een fijn appartement in de stad, gaven geld uit als water. Elk vrij moment besteedden we aan leuke dingen doen. Eten in mooie restaurants. Winkelen in hippe boetiekjes. Een stedentrip. Ons een hele dag laten verwennen in een kuuroord.
Zwanger worden was een grote droom, van ons allebei. Ik was dankbaar dat het zo snel lukte, genoot van mijn zwangerschap en shopte me suf aan rompertjes, jurkjes en accessoires voor de kinderkamer. Dagenlang. Ik lag uren in bad te mijmeren hoe mooi het zou worden, en maakte plannen voor alle leuke uitstapjes die we konden gaan maken met baby. Ik had zeeën van tijd, en geen enkel benul hoezeer dat zou veranderen.
Tijdens de zwangerschap spraken Job en ik af dat ik mijn baan zou terugschroeven van vijf naar vier dagen. Mijn werkgever toonde zich flexibel, en ik regelde dat ik twee van die vier dagen thuis zou kunnen werken. De bevalling verliep voorspoedig, en ik genoot van de kraamtijd. Natuurlijk vond ik de gebroken nachten pittig. En ook dat ik mijn haar soms een week niet waste omdat ik er door de baby simpelweg niet aan toekwam.
Toen Anna vier maanden was, kon ze terecht op het kinderdagverblijf. Ik ging jankend weer aan de slag. Ik vond het vreselijk, die eerste weken. Het idee dat anderen voor haar zorgden, de stuwing, de vermoeidheid. Ik rende alleen maar heen en weer tussen werk, kind, crèche en supermarkt en had geen seconde meer voor mezelf.
De twee dagen per week die ik thuiswerkte, voelden zoals vroeger. Een beetje als de tijd voor Anna er was. Grotendeels dan, als ik de overvolle wasmanden en het speelgoed in de kattenbak en andere ondenkbare plekken negeerde. Die rustige dagen in mijn eigen omgeving gaven me het gevoel dat ik even weer mezelf kon zijn. Alleen: ik moest natuurlijk wél werken.
Ik heb mijn baan al tien jaar, het werk gaat me gemakkelijk af. Ik ervaar weinig druk, doe veel op routine. Als ik een beetje doorbuffel, kan ik het werk van vier dagen, best af in drie. Dus knal ik de twee dagen per week op kantoor keihard door, en werk standaard een uurtje over. Job zorgt dan voor Anna. Hij begint ’s ochtends vroeg met werken, en dan breng ik haar naar de opvang. Ik werk ’s avonds langer door en dan haalt hij haar op. Tijdens mijn ene dag thuis werk ik al even hard, en gooi hooguit tussen de bedrijven door een was in de machine. Lunchen doe ik achter de pc. Zo spaar ik uren en neem ik de vierde dag vrij. Stiekem.
Mijn spijbeldag verloopt volgens een vast patroon. Ik breng Anna weg, ze vindt het heerlijk op het kinderdagverblijf, daarna fiets ik terug naar huis. Daar drink ik een kop cappuccino en vervolgens duik ik de stad in. Of de bioscoop; de matinees zijn heerlijk rustig. Ik ga lunchen met vriendinnen – die niet beter weten dan dat ik dat gewoon doe tijdens mijn lunchpauze van het werk – of lig languit voor de tv te Netflixen. Het deugt misschien niet, maar zo ben ik wel een relaxtere moeder en een leukere partner voor Job.
Job heeft geen idee. Die vindt het eigenlijk nogal wat, dat wij ons kind vier dagen naar de opvang brengen. Hij respecteert dat ik net zo goed als hij aan mijn carrière wil werken, dus legt hij zich erbij neer. Het is niet dat híj bereid is er minder voor te werken. Maar als hij erachter zou komen dat Anna elke week één dag naar de crèche gaat omdat ik leuke dingen wil doen in mijn eentje, gaat hij door het lint: zeker weten. Dus als hij na mijn vrije dag vraagt of ik lekker heb gewerkt, antwoord ik standaard bevestigend.
Lees ook
Deze moeders doen het gewoon: ‘Eens in de zes weken spijbel ik een dag’ >
Financieel redden we het prima. Op mijn spijbeldagen betaal ik zoveel mogelijk contant, de bonnetjes gooi ik weg. Behalve Job moet natuurlijk ook mijn werkgever er niet achter komen. Aan de andere kant: ik werk keihard en mis nooit een deadline. Die twee dagen op kantoor verzet ik meer werk en maak ik meer uren dan mijn collega’s. Op die ene thuiswerkdag trouwens ook. En als ze me nodig hebben in het weekend, sta ik meteen klaar. Ik lever waar voor mijn geld.
Ik heb bovendien niet de indruk dat Anna lijdt onder die vier dagen op de crèche. Ze weet niet beter en wordt er de hele dag gestimuleerd en uitgedaagd. Op de dagen met mij kan ze daar wel naar fluiten: dan maken we een wandelingetje naar het park en lezen we een boekje, maar ik zit echt niet de hele dag op haar lip. Volgens mij is het zo prima in balans: we hebben alle drie ons eigen leven, en meer dan genoeg tijd met elkaar.
Ik ben me ervan bewust dat sommige mensen me hier keihard om zouden veroordelen als ze het zouden weten. Ik hóór ze al denken: je ‘neemt’ toch geen kind om het zoveel mogelijk te dumpen? Maar zo voelt het niet. Mijn vrije dag is heus niet heilig: als Anna zich niet lekker voelt, of een keer te moe is, houd ik haar lekker thuis. En soms heb ik zin een extra dag iets leuks met haar te doen. Lekker naar het strand of de dierentuin. Uit logeren gaat ze nooit: onze weekends als gezin zijn heilig.
De kans dat ik mijn geheim ooit opbiecht aan Job, is minimaal. Het zou een beetje mosterd na de maaltijd zijn, want binnenkort is mijn stiekeme vrije dag verleden tijd. Dan gaat Anna naar de basisschool en krijg ik mijn vrije dag gewoon cadeau. Dat lijkt me het moment om weer te gaan schuiven met mijn werktijden. Als ik op beide thuiswerkdagen gewoon werk, kan ik op kantoordagen eerder stoppen. En dan nog heb ik de vijfde dag vrij. Genoeg tijd met Anna én genoeg tijd voor mezelf.”
Dit artikel staat in Kek Mama Magazine en is al een keer eerder gepubliceerd.
Nog meer Kek Mama?
Volg ons op Facebook en Instagram. Of schrijf je hier in voor de Kek Mama nieuwsbrief >