Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Lieve (30) is moeder van Jan (3) en Dries (1). Ze was gelukkig getrouwd, tot haar man afgelopen Kerstmis totaal onverwachts zijn koffers pakte. Voor Kek Mama schrijft ze over alles wat ze sindsdien doormaakt. Deze week: Lieve is niet altijd de allerleukste moeder.
Er zijn dagen dat ik niet de allerleukste moeder van de hele wereld ben. Die dagen had ik ook al tijdens mijn huwelijk, maar sinds ik alleenstaand ben, komen die dagen vaker dan ik zou willen. Dries heeft sinds kort besloten om ineens vier boventanden te willen hebben en dat gaat gepaard met veel huilen, zeuren, jengelen en nachtenlang elk uur wakker worden en hysterisch krijsen, totdat ik er zelf ook bij sta te huilen – omdat ik weet dat binnen drie uur de wekker gaat en gewoon weer gewerkt moet worden.
Jan is sinds de scheiding ook niet altijd te genieten. Uit het niets wordt hij woest. Dan schreeuwt hij, gooit hij met speelgoed door de woonkamer of doet met opzet hele stoute dingen, zoals een kussen kapot knippen met een schaar die hij stiekem uit de la heeft weten te ontfutselen. Mijn geduld raakt zoveel sneller op. Ik tel per dag gemiddeld een keer of 25 tot tien, zucht me een ongeluk en verhef mijn stem. Ik ben streng, écht, zo streng ben ik nog nooit geweest. Ik vind mezelf een stomme moeder, voel me schuldig en wil het zo graag áltijd gezellig hebben met mijn jongens.
Het hoogtepunt, of beter gezegd het dieptepunt van de strijd in huis startte met een onzinnige discussie met Jan die weer eens niks (!) wilde eten. Hij had het zelf uitgekozen en, met veel engelengeduld van mijn kant, zelfs meegeholpen met koken. Hij weigerde ook maar een hap te nemen en terwijl ik hem, na tien keer waarschuwen, naar de gang bonjourde, schreeuwde hij: ‘Ik wil een andere moeder!’
Ik werd stil, slikte de brok in mijn keel weg en vroeg hem het te herhalen, wellicht had ik het verkeerd verstaan. Mijn lieve Jan keek me aan en door zijn tranen heen klonk wederom ‘Ik wil een andere moeder’. Mijn moederhart brak en viel in duizenden stukjes kapot op de grond. Ik slikte, en slikte nog veel vaker maar de tranen waren niet tegen te houden. Daar zaten we dan, Jan en ik, samen op de trap te huilen.
En alsof het zo moest zijn, keken mijn 3-jarige zoon en ik elkaar aan en klonk het tegelijk ‘sorry’. Ik hield Jan vast, zo stevig mogelijk en fluisterde in zijn oor dat ik van hem hield en dat hij dat nooit mocht vergeten. En Jan lag tegen mijn borst aan en aaide met zijn kleine handje over mijn rug. Dat ongelooflijke magische moment, waarin woede, liefde, verdriet en geluk zo dicht bij elkaar lagen, koester ik. Elke keer als ik voel dat de frustratie het gaat winnen van mijn geduld denk ik aan die woorden van mijn 3-jarige zoon. En dan ben ik dankbaar dat mijn kinderen zich zo veilig voelen dat ze grenzen opzoeken en die grenzen af en toe ook eens overgaan. En voor al die keren dat ik dan boos ga worden, zeg ik alvast: Sorry jongens, ik doe het uit liefde. Ik hoop met heel mijn hart dat jullie me nooit willen inruilen voor een ander.