Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Anna (40), financieel coach, woont samen met Peter (42), vrachtwagenchauffeur, en is moeder van Iris (15), Benthe (13), Kim (12), Sven (9) en Maud (7).
“Het grootste misverstand is dat je heel rijk moet zijn en in een kast van een huis moet wonen om veel kinderen te hebben. Onzin. Peter en ik hebben een normaal salaris, zijn zeker geen grootverdieners. Ons gezamenlijk inkomen is 4000 euro per maand. Ik werk 32 tot 40 uur en haal voor mezelf 2200 euro uit de zaak, Peter werkt tweeënhalve dag in wisseldiensten en verdient gemiddeld 1800 euro. Ook ons huis is geen villa, maar een eengezinswoning uit de jaren zeventig.
Wel moet je met een groot gezin keuzes maken en handig zijn. Toen de kinderen nog klein waren, maakte het niet uit als er twee op een kamer lagen, maar zo rond hun tiende jaar krijgen ze behoefte aan privacy en een eigen ruimte om zich in terug te trekken. Geld voor een groter huis hadden we niet, dus werd het timmeren en klussen. De afgelopen tien jaar zaten we regelmatig in een verbouwing, maar uiteindelijk heeft het zes slaapkamertjes en twee badkamers opgeleverd. We hebben een aanbouw aan de woonkamer en twee grote dakkapellen op zolder laten plaatsen, waardoor we daar extra ruimtes konden creëren. Vooral de tweede badkamer met extra douche en wastafel was erg gewenst in een huis met vijf vrouwen.
Een groot gezin is altijd de droom van Peter geweest, niet per se van mij. Peter fantaseerde vaak hoe gezellig het zou zijn, zo’n lange Italiaanse eettafel met vijf kinderen eraan. Eerlijk gezegd had ik niet veel met baby’s en was ik ook geen zorgzaam type. Maar met mijn eigen kinderen kwam het moedergevoel toch naar boven. Kind één, twee en drie kwamen vlot achter elkaar en bleken supermakkelijk. Het klinkt druk, drie kinderen in drie jaar, toch ervaarde ik het niet zo. Peter en ik waren een topteam samen. We zijn heel relaxed en we delen de opvoeding. Dat maakte dat ik een vierde en vijfde kind ook nog aandurfde. Nu ben ik daar blij om, want ik vind het hartstikke gezellig, zo’n groot gezin.
Ik heb een eigen administratiekantoor, maar noem mezelf financieel coach. Ik vind het fijn om anderen meer inzicht te geven in hoe ze hun financiën op orde kunnen krijgen. Zelf weet ik ook tot achter de komma wat er binnenkomt en uitgaat. Dankzij kindertoeslagen, plus de kinderbijslag van 1450 euro per kwartaal, hebben we het zeker niet slecht. Maar ik vind het belangrijker dat we voor elk kind een buffer voor later hebben dan dat we nu luxueus leven. Daarom sparen we 250 euro per maand en staat er inmiddels al 23.000 euro op onze rekening. Peter en ik hopen dat we elk kind op z’n achttiende 10.000 euro kunnen meegeven. Voor een studie, autorijlessen of de uitzet. Ook heb ik een potje voor als onze auto stukgaat. We rijden nu in een oude Opel Zafra waar we allemaal nét in passen. De afgelopen jaren slokte de verbouwing al het extra geld op, maar ik hoop binnenkort wat minder aan bouwmarkten te hoeven uitgeven en meer te sparen.
We leven vrij sober als het gaat om eten en drinken. Naar restaurants gaan we alleen in de vakantie, en dan nog wordt het meestal de McDonald’s, omdat iedereen dat het lekkerst vindt. Ik doe mijn boodschappen voor het grootste deel bij de Lidl en kook Hollandse pot en pasta. Vlees is duur, dus dat komt niet elke avond op tafel. We doen thuis ook niet aan luxe hapjes, nootjes of toastjes. Op zaterdag delen we een grote zak chips en ook frisdrank is alleen voor het weekend. Ik schat dat ik 150 euro per week kwijt ben – daar zitten shampoo en wasmiddelen ook bij in. Het enige waar ik niet op bezuinig is vakantie. Twee keer per jaar gaan we weg. In de meivakantie twee weken in een stacaravan in Zuid-Europa. Dit jaar was dat Kroatië. Omdat het laagseizoen is, betaalden we maar 600 euro voor veertien dagen. ’s Zomers trekken we drie weken met onze vouw-wagen door Frankrijk. Dan wisselen we back-to-basic campings af met campings met zwembaden en entertainment. In totaal zijn we voor die vakanties rond de 5500 euro kwijt, maar het zorgt wel voor verbinding – het zijn namelijk de enige momenten in het jaar dat we als gezin echt altijd en lang samenzijn.
Lees ook – Financiële detox: zorgeloze spender doet zes weken zuinig >
Met het maken van financiële opofferingen heb ik geen enkele moeite. Onze oude bank voldoet prima en als ik jaarlijks 500 euro aan kleding voor mezelf en Peter uitgeef, is het veel. Voor de kinderen idem dito. Bij de goedkopere kledingwinkels kun je prima slagen voor leuke dingen en Iris en Benthe krijgen 50 euro per maand kleedgeld. Als ik een avond of desnoods een weekend weg wil met vriendinnen, kan dat. Juist omdat het maar zelden voorkomt. Toen ik nog in loondienst werkte, verdiende ik meer. Maar het hebben van een eigen zaak en mezelf kunnen ontwikkelen vind ik belangrijker dan dure kleding of spullen. Daarbij denk ik dat ik nu een leukere moeder ben; ik kan makkelijker mijn tijd indelen en spontaan mee naar een voetbalwedstrijd of even de stad in. We komen als gezin dus niks tekort.
In tegenstelling tot spullen kan ik mijn kinderen weinig weigeren als het op hobby’s aankomt. Zo danst Benthe op hoog niveau – haar dansschool kost weliswaar 70 euro per maand, maar het is haar lust en leven, dus gunnen we het haar. En Iris wilde heel graag op musicalles, wat 440 euro per jaar kost. Ze zat ook al op scouting en ballet, dus dat vond ik best veel bij elkaar. Maar omdat ik vroeger zelf nooit op een podium durfde te staan, vond ik het alleen maar gaaf dat zij dat wel wilde – nu zit ze alweer een paar jaar op musicalles.
Om de zondag is Peter vrij en dan verzin ik leuke gezinsactiviteiten. Lekker naar het bos, strand, soms naar een verjaardag. Wel wordt het steeds lastiger iets te vinden wat alle kinderen aanspreekt. Zo hebben we vijf museumkaarten, maar beginnen de oudste twee te protesteren als we naar het museum willen. Ook mopperen ze weleens over spullen. Dan willen ze duurdere telefoons, meer zak- en kleedgeld, op vliegvakantie. Ach, dat hoort ook bij het puberen. Ik geef daar niet aan toe, omdat ik het belangrijker vind dat mijn kinderen opgroeien in een harmonieuze dan in een materialistische omgeving. Dat ze dan af en toe moeten delen of niet de allernieuwste telefoon of sneakers hebben, is in mijn ogen een kleine keerzijde van een groot gezin.” Dit artikel staat in Kek Mama 11-2019. Meer Kek Mama? Neem nu een abonnement en profiteer van leuke aanbiedingen!