Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Een leerkracht vertelt aan Kek Mama wat ze meemaakt. Deze keer: Aaf (27) geeft les aan groep 4.
Ik fiets in paniek door de oude straatjes van onze stad op zoek naar Sjef (7). De rest van mijn klas bevindt zich in het Cultuurhuis, een cultureel centrum waar het kindertoneelstuk dat we gingen bijwonen allang begonnen is. We zijn er op de fiets naartoe gegaan, in groepjes van vijf, stuk voor stuk begeleid door een ouder en eentje door mij. Ik had Sjef bij mij ingedeeld omdat hij een reputatie heeft op het gebied van kwijtraken tijdens uitjes. Ik heb nog nooit zo’n dromerig kind meegemaakt. Bovendien is hij een beetje doof, wat het moeilijk maakt hem tot de orde te roepen. De vorige keer dat hij onvindbaar was waren we per trein naar het Anne Frankhuis geweest. Op de terugweg vergat Sjef uit te stappen. Dat merkte ik pas toen ik alle koppen telde. Ik gaf mijn groep mee aan een andere begeleider en belde de NS. Gelukkig werd hij op de trein terug gezet. En nu is het dus weer zover. Gisteren heb ik de klas wel tien keer ingeprent: “Jongens, wat er ook gebeurt, blijf bij je groepje!” Ik keek daarbij strak naar Sjef die gedwee knikte.
Het ging mis toen Maartje (7) een lekke band kreeg. Ik zag Sjef doorfietsen met het groepje na ons, dat onder leiding stond van Nima’s vader Godfried. Ik riep nog: “SJEF! HIER BLIJVEN!” Maar hij hoorde me niet. Ik bad dat hij bij Godfried bleef. Toen nam ik Maartje achterop en fietste met mijn groepje door naar het Cultuurhuis. Vanwege een opstootje moesten we omfietsen. Eenmaal aangekomen liep ik naar Godfried. “Waar is Sjef?” vroeg ik. Godfried reageerde verbaasd. “Sjef? Die zat toch bij jou in de groep?” “Hij was overgestapt op de jouwe”, zei ik. Godfried wist van niks. En nu fiets ik als een malle door de stad. In mijn gedachten is Sjef al in een pedofielennetwerk verstrikt geraakt. Tijd om de politie te bellen, besluit ik. Ik geef Sjefs signalement: klein jongetje, rood haar, blauw jack. Hij moet naar het Cultuurhuis, vertel ik.
Lees ook ‘Ik raakte een kind kwijt tijdens het zwemfeestje van mijn zoon’ >
Negentien eindeloze minuten later komt Sjef trots als een pauw aangelopen aan de hand van een agent in uniform. De agent vertelt dat hij Sjef aantrof bij de schouwburg. Sjef zei dat hij naar een toneelstuk moest, maar er was geen toneelstuk. Als de agent vertrokken is vraag ik: “Waarom bleef je niet bij de groep?” “Dat wilde ik, juf, maar toen zag ik dat ik bij een andere groep zat”, zegt hij. “Toen ben ik gestopt om te wachten, maar jullie kwamen niet. Toen heb ik de weg gevraagd naar de schouwburg. Daar spelen ze toch toneelstukken?” Dit jongetje staat voortaan onder privébegeleiding wanneer we met de klas ook maar een voet buiten de school zetten, neem ik me voor. Over twee maanden gaan we naar het archeologisch museum. Dan word ik zijn persoonlijke herdershond. Dit artikel staat in Kek Mama 15-2021. Meer verhalen van De juf? Lees hier de eerdere afleveringen.