Elsa: ‘Ik schrok me kapot toen ik via de babyfoon zag wat de oppas deed’
De oppas in de gaten houden via de babyfoon, je kunt het eigenlijk niet maken. Toch deed Elsa het, en daar is ze achteraf gezien heel dankbaar voor.
Een leerkracht vertelt aan Kek Mama wat ze meemaakt. Deze keer: leerling Seid maakte een bombardement van IS mee.
“Au!” roept Maartje. Buurman Seid heeft haar gestompt. Omdat ze per ongeluk zijn tafel aanraakte. Sinds de zomer is Seid vaker agressief om niets. Vorig jaar was hij een springerig vrolijk joch. Nu is hij lusteloos, ziet hij lijkbleek, heeft hij kringen onder zijn ogen. Op de eerste schooldag vroeg ik de kinderen een tekening te maken van de vakantie. Seid leverde er twee in. Op de ene straalde een felle zon over een blauwe zee, met de tekst: bij mama. Op de andere was alles zwart, op wat geel licht rond een lampje na. Bij papa, schreef hij erbij. Ik vroeg Seid waarom het zo donker was geweest bij papa. “We gingen kamperen”, zei hij. Waarom zie ik dan nergens een tent, dacht ik.
In mijn achterhoofd ging een rood lichtje branden. Ik wist dat Seid twee weken bij zijn Iraakse vader had gelogeerd – zijn ouders zijn gescheiden. Na school schoot ik zijn moeder aan, een lieve, nerveuze Nederlandse. Zij vertelde dat Seid in Bagdad een bombardement van IS had meegemaakt. Hij en zijn vader waren in de auto op weg naar zijn oom op de camping toen er een bomalarm afging. Ze moesten meteen de auto uit en de greppel in, maar de auto had een kinderslot, zodat Seid er niet uit kon. Zijn vader ontdekte dat pas toen hij al in de greppel lag. Hij kroop terug om het portier te openen. Al die tijd dacht Seid dat hij doodging.
Lees ook
‘Juf, ik heb een bomaanval meegemaakt’ >
Na zijn terugkeer in Nederland had Seid een week bij zijn Nederlandse grootouders in Roermond gelogeerd. Die hadden hem afgezet bij zijn tante in Scheveningen, waar hij een week aan het strand speelde met zijn neefjes. Vervolgens had zijn moeder hem opgehaald om drie weken door Spanje te trekken.
Seid had wel veel nachtmerries gehad, vertelde zijn moeder. Maar ze had gedacht dat het wel weer goed zou komen als de school weer zou beginnen en alles weer normaal werd. IJdele hoop, bleek de volgende weken. Seid was een ander jongetje geworden. Zijn nachtmerries namen niet af, eerder toe. Na overleg met zijn ouders – met de vader via Skype – is hij nu in therapie voor post traumatische stressstoornis bij kinderen. We zijn er nog lang niet, stel ik vandaag somber vast.
Intussen kan ik niet meer naar het journaal kijken. Ik zie overal kleine Seids. De een wordt weggedragen uit de puinhopen in Syrië, de ander spoelt aan bij Lesbos. Voor mijn Seid duurde de oorlog slechts twee weken. Dat was genoeg om hem zijn vrolijkheid te ontnemen. Hoeveel nachtmerries moeten kinderen in oorlogsgebieden niet hebben? Een liedje van Boudewijn de Groot dreint door mijn hoofd: Welterusten, meneer de president. Droom maar niet te veel van al die dode mensen, droom maar fijn van overwinning en van macht, denk maar niet aan al die vredeswensen, meneer de president, slaap zacht.
Dit artikel staat in Kek Mama Magazine en is al een keer eerder gepubliceerd.
Nog meer Kek Mama?
Volg ons op Facebook en Instagram. Of schrijf je hier in voor de Kek Mama nieuwsbrief >