Eerste kerstdiner op school: ‘Een halfuur later belde zijn juf’
Het is spannend, zo’n eerste kerstdiner op school. En dan kan je kleine in al z’n enthousiasme de festiviteiten íets te ver door trekken.
Een leerkracht vertelt aan Kek Mama wat ze meemaakt. Deze keer: Juf Viek (39) geeft les aan Nathalie in groep zes.
Zo, de schooldag is voorbij. Ik stap voldaan in mijn auto, voor het schoolplein, en rij voorzichtig weg – me bewust van het feit dat er kinderen op en rond het schoolplein spelen. Opeens hoor ik een harde knal. Ik kijk verschrikt op en zie Nathalie uit groep zeven op de grond liggen. Ze is met haar fiets tegen de zijkant van mijn auto aangereden. Ik dank de hemel dat ik rustig reed. Tot mijn opluchting krabbelt Nathalie op. Ze kijkt me met grote ogen van schrik aan. Haar aandacht gaat meteen naar de auto. Ze wrijft over de plek waar ze tegenaan is gereden en zegt: “Sorry juf, sorry.” “Poppetje,” zeg ik, “die auto is niet belangrijk, hoe is het met jou? Heb je je pijn gedaan?” Ze schudt haar hoofd en kijkt me zo angstig aan dat je zou denken dat ik bulderend voor haar sta. Die moet een strenge moeder hebben, gaat er door me heen. Dan bestudeer ik de auto. Er zit een deuk in de achterdeur.
Nathalie woont vlak bij school. Ik zeg haar dat de deuk niet erg is, omdat de verzekering van haar ouders de reparatie betaalt. We lopen naar haar huis. Nathalie met haar fiets aan de hand, het voorwiel scheef.
“In de deur verschijnt een vrouw met een koud gezicht”
De deur wordt opengedaan door een stevige vrouw met een koud gezicht. Ik neem haar mee naar de auto. Ze neemt foto’s van de zijkant en vuurt een verhoor op me af. Reed ik hard? Waar kwam haar dochter vandaan? Waar stond ik precies stil? Ik zeg dat ik blij ben dat Nathalie niets mankeert. Frederike – zo heet ze – lijkt daar niet mee bezig te zijn. Ze zegt woedend dat Nathalie de rest van de week binnen moet blijven. Ik heb bijna spijt dat ik aan deze exercitie ben begonnen.
Lees ook – ‘Ik voed mijn kinderen streng op en geloof niet in de tere kinderziel’ >
Vijf dagen later gaat de bel. Voor de deur staat Nathalie met een bos bloemen. Met een vriendinnetje. “Ze moest ze zelf betalen, uit haar spaarpot”, zegt het vriendinnetje. “En het kostte wel zeventien euro!” De hele week binnenblijven was kennelijk niet voldoende als straf. Wordt Nathalie niet te hard aangepakt, vraag ik me af. We maken een praatje en ik vraag of Frederike streng is. Nathalie duikt de verdediging in. “Ze is wel streng, maar soms ook lief”, zegt ze. Maar het vriendinnetje zegt: “Ze is te streng.”
“Wordt Nathalie niet te hard aangepakt, vraag ik me af”
“Ja jongens,” zeg ik, “overal waar je ‘te’ voor zet is niet goed: te streng, te hard fietsen. Maar Nathalies moeder is gelukkig ook lief, en dat is het belangrijkste. We zullen haar vragen of ze het goed vindt dat wij met zijn drieën een ijsje gaan halen.”
De volgende dag spreek ik Frederike aan als ze Nathalies kleine broertje naar school brengt. Als ik vertel hoe mooi de bloemen staan zie ik voor het eerst een trekje van een glimlach op haar gezicht. Over de ijsjes zegt ze aan het begin van het gesprek nog: “We zullen zien.” Nadat ze heeft benadrukt dat ze vindt dat kinderen moeten voelen, anders leren ze het nooit, en ik dat gedwee heb aangehoord, geeft ze toestemming voor de ijsjes. Dit worden de grootste ijsjes die de kinderen ooit hebben gezien, denk ik, terwijl ik haar verbluft nakijk. Té groot! Dit artikel staat in Kek Mama 11-2022. Lees elke maand de mooiste verhalen, meest herkenbare columns en de leukste tips voor jou en je kids. Abonneer je nu op Kek Mama en krijg tot 45% korting.